Op 16 december was onze Sprinter bus ingepakt en klaar om te gaan. De eerste stop is dan altijd dichtbij ons huis. Een camperplaats met alle voorzieningen waar we de watertank vol kunnen gooien. Het was nog even spannend waar we heen zouden gaan deze winter. Maar uiteindelijk gaat het niet om de bestemming maar om de reis zelf.

Na onze eerste nacht in de bus worden we wakker in Requena naast een voetbalstadion waar net als gisterenavond een hoop gejuich en getoeter vandaan komt. De nacht was koud met -4 buiten en 7 graden binnen. Maar onder ons dekbed is het gelukkig lekker warm.
Na een paar dagen rijden van noord naar zuid hebben we de één na laatste nacht in Los Barrios overnacht. Voordat we de volgende dag door konden rijden naar Algeciras. Het was er erg druk met campers, maar wel een handige, omdat we zo 's ochtends voor we vertrek ons water aan kunnen vullen en het toilet kunnen legen.
In Algeciras stonden we niet op de mooiste plek, maar het is wel een hele handige plek. Dus we komen hier ook elke keer weer terug, net als vele andere campers die de overtocht naar Marokko gaan maken. Op de parkeerplaats van de Lidl en Mercadona zijn de laatste boodschappen binnen handbereik en hier kan voor de komende weken nog even een flinke voorraad gekocht worden.
De haven van Algeciras is op 5km afstand van de supermarkten, dus ideaal als je een vroege vaart hebt. De wekker ging om 5u en om 8u vertrok de ferry naar Tanger Med.
Nadat we van de boot afkwamen kregen we een uitvoerige check bij de douane. Vervolgens was het tijd om geld te pinnen, sim data te halen en een klein boodschapje. Ook al hebben we in Spanje onze voorraad goed aangevuld, het is altijd leuk om in het buitenland even de supermarkt in te duiken.
Aan het einde van de dag kwamen we aan op de eerste mooie overnachting plek in Marokko met op de achtergrond Chefchaouen.
Na een goede nacht zijn we de volgende ochtend naar de camping in Chefchouen gereden. Terug op dezelfde camping als vorig jaar. Niet omdat dit een fantastische camping is, maar in Marokko heb je bijna geen waterpunten of toilet leegplaatsen. Daarom moeten we om de 4-5 dagen op een camping staan. En als we op een camping staan maken we uiteraard graag gebruik van een lekkere warme douche.
Om in het dorp te komen, moesten we vanaf de camping een lekkere wandeling de berg af lopen door het bos. Vorig jaar hebben al van dit dorp genoten en nu opnieuw. Met al zijn kleine straatjes en prachtige blauwe huisjes en gebouwen blijft dit dorp leuk om terug te komen. Op de ferry hadden we een Frans stel leren kennen en die waren ook in Chefchaouen, dus daar spraken we mee af om te lunchen.
Waar we vorig jaar via Meknes reden, kozen we er dit keer voor om via Fes te rijden. De route van Chefchaouen naar Fes was weer prachtig. Na een lange rit hebben we ons geïnstalleerd op de parking van een tankstation op ca. 10km van Fes af.
Alle keren dat we in Marokko zijn geweest hebben we Fes overgeslagen. Dit keer vonden we het tijd om er toch een keer heen te gaan. Het is niet onze lievelings stad maar we vinden het wel leuk dat we het eindelijk een keer gezien hebben. De oude medina van Fez is een doolhof van straatjes waar je uren en zelfs dagen rond kunt lopen niet wetende of je nu in rondjes loopt of niet. Een interessante plek, chaotisch, honderden winkeltjes en lekker eten.
De kerstdagen wilden we doorbrengen in het Ifrane National Park. Voordat we het park ingingen moesten we onze watertank volgooien, omdat er in het Ifrane NP geen voorzieningen zijn. Op de camping in Chefchaouen hadden we een Nederlands stel leren kennen en die zouden ook voor de kerstdagen hierheen komen samen met een bevriend stel. Wij vinden het altijd heerlijk, dat we geen plannen hebben voor de kerstdagen, maar vanzelf wel zien hoe het loopt en wie we tegenkomen.
De dagen waren prachtig met een heerlijk zonnetje, maar zodra de zon onderging werd het steenkoud. 's Nachts daalden de temperaturen zelfs onder nul. Na de kerstdagen wilden we weer verder en dus namelijk we afscheid van de anderen. Onze volgende bestemming was de route R704, een weg die bekend staat als een gevaarlijke weg met een heleboel korte haarspeldbochten.
De weg naar de R704 route was prachtig. Eén van de mooiste routes tot nu toe. Marokko blijft ons verbazen met al zijn schoonheid. Onderweg waren niet veel geschikte slaapplaatsen, dus hebben we voor de parking van de Carrefour gekozen in Khenifra. Een handige plek om de voorraad weer aan te vullen en je krijgt er gratis bewaking bij. De volgende dag vervolgden we de prachtige route met als eindpunt het meer Lac du Tislit.
De volgende ochtend vertrokken we vanaf het meer om de Gorges du Dades te rijden. Een weg die bekend staat als 1 van de gevaarlijkste wegen ter wereld en dat is met regen of sneeuw ook zeker zo. Nu met het mooie droge en zonnige weer is de weg prima te doen. Je moet alleen goed opletten want het is geen geasfalteerde weg en je rijdt langs diepe afgronden. Maar het is het dubbel en dwars waard, want wat een geweld aan prachtige rotsen, bergen en uitzichten. Halverwege zijn we gestopt voor de nacht, want deze weg wil je niet overhaasten en daarnaast doe je best lang over alleen al 1 km rijden.
Aan het einde van de R704 kwamen we bij de haarspeldbochten uit. Deze prachtige weg zie je altijd op plaatjes als je bijvoorbeeld op Google zoekt naar bezienswaardigheden in Marokko. De hele weg hiernaar toe was prachtig met als kers op de taart dit uitzicht.In twee dagen hebben we de beruchte Gorges du Dades gereden. Na deze twee dagen kwamen we beneden aan. Op deze weg doe je over 40 km ca. 2 uur dus heel hard rij je niet. In het dorpje Gorges du Dades zijn we gebleven voor de nacht om de volgende dag weer verder te rijden.
We wilden voor oudjaar avond in Ouarzatate zijn. Tijdens de vorige reis hebben we hier op een leuke camping met veel gezellige mensen oudejaarsavond gevierd inclusief echte oliebollen. Dus we dachten daar de meeste kans te hebben voor weer een gezellige avond.
Terug op de camping van vorig jaar kwamen we dit keer helaas aan op een lege camping, geen kampvuur, geen vriendelijke camping eigenaar en al helemaal geen oliebollen. Daarom besloten we uiteindelijk om toch weer verder te gaan naar een andere plek voor een iets gezelligere avond. Op ene camping net buiten Ouarzazate vonden we toch nog een gezellige oudejaarsavond met een Belg en een Zuid-Afrikaans stel. En het beste van alles was de heerlijke warme douche die we konden pakken.
In het nieuwe jaar reden we verder en maakten we een korte toeristische stop bij Ait Ben Haddou. Daar vroegen we ons wel even af waar al die toeristen vandaan kwamen. De meeste komen met de bus vanuit Marrakech voor een dagtrip. We besloten om niet met de meute mee het dorp in te gaan, dat bewaren we voor een volgende keer.
Van Ouarzazate naar Tafraoute is een lange weg, dus we maakten een tussenstop op een camping in Taiouine. Tussenstops op campings vinden we heerlijk, aangezien we dan ongestoord kunnen genieten van een warme douche. Als we onderweg zijn, dan wordt het ongezien douchen wat lastiger en een douche is dan vaak een uitdaging.
Na een paar dagen rijden kwamen we eindelijk aan in Tafraoute. Deze plek is zo idyllisch. Midden tussen de rotsen en palmbomen. En op loopafstand een leuk dorp waar je boodschappen kunt doen en lekker uit eten kunt gaan. Een plek die voelt als thuiskomen. Allerlei soorten campers vind je hier terug, van mini campers tot grote witte koelkasten, van de meest oude busjes tot de meest luxe en de lelijkste trucks tot de mooiste overland trucks staan hier kris kras door elkaar.
Toen we aankwamen was het een stuk rustiger dan vorig jaar. Nadat we ons gesetteld hadden kwamen de catering, de rijdende autogarage en de wasserette al voorbij. Dus aan service geen gebrek ook niet nu het nog zo rustig is. Omdat Tafraoute voorbij de Atlas ligt steeg de dagtemperatuur naar een heerlijke 23 graden.
Na ruim 2 weken vele kilometers gereden te hebben, genoten we van een paar dagen niks doen. Bij niks doen hoort ook werken, foto’s sorteren en eten in restaurants, boodschappen doen en naar de markt gaan. Bij de slager kochten we we vers vlees voor Hoites favoriete bezigheid, bbqen. hierbij hoort hout hakken, vuurtje maken en vlees grillen. Hoe heerlijk is het om in januari nog lekker buiten te zitten met een bbq en gezelligheid om ons heen.
Normaal dan worden we wat onrustig als we een paar dagen stil hebben gestaan. Zo ook dit keer. Daarom besloten we om wat te gaan doen. Dichtbij Tafraoute vind je een bezienswaardigheid The painted Rocks. In 1984 kwam een Belgische kunstenaar hier en bedacht een paar rotsen blauw te verven. Dit noemde hij kunst waardoor het een bezienswaardigheid werd. De weg ernaar toe is hobbelig en mooi vanwege de vele rotsen eromheen. Aangekomen bij de blauwe rotsen dachten we meteen, wat zonde dat de originele kleuren weg zijn. het slaat eigenlijk nergens op, maar goed het heeft de naam kunst.
Na de blauwe rotsen een soort van bewonderd te hebben reden we door naar onze volgende stop. Op zo’n 50 min ten zuiden van Tafraoute liggen de Gorges Aït Mansour. De weg naar de Gorges is prachtig en bij aankomst bij de Aït Mansour Valley werden we verwelkomt door prachtige rode rotsen en vele palmbomen. Doordat de bladeren erg laag hingen konden we niet door de Gorges rijden zonder de bus helemaal te bekrassen. Daarom kozen we ervoor om er doorheen te lopen.
De bus parkeerden we aan het begin en we zijn te voet verder gegaan. Wat een prachtige kleuren samen, de rode rotsen, het zonlicht wat erop schijnt en al het groen van de bomen en het water. Omdat we er niet doorheen konden rijden besloten we na de Gorges om weer terug naar Tafraoute te rijden. De terugweg naar Tafraoute was ook weer een mooi plaatje. We raakten niet uitgekeken hier.
Terug in Tafraoute was 'ons oude' plekje bezet dus zijn we ergens anders gaan staan. Daardoor kregen we lieve Nederlandse buren. Doordat we een dagje weg waren geweest hadden we bij terugkomst weer de rust om weer even te blijven staan. We genoten zo van het leven in Tafraoute met alle gezelligheid die inmiddels aangekomen was in de vorm van heel veel nieuwe campers. Elke dag zeiden we tegen elkaar, dat het de volgende dag wel weer tijd was om te gaan, maar we gingen niet. Tot onze watertank leeg was en de wc vol toen moesten we even weg. Maar met een volle watertank en een leeg toilet reden we weer terug naar Tafraoute.
Naast de lege watertank en volle stille hadden we door het lange staan op deze plek ook al een tijdje geen douche meer gehad. En omdat we veel buren hadden konden we geen gebruik maken van onze buitendouche. Onze lieve buren kwamen met een geweldige tip. In het dorp is een Marokkaanse Hammam waar je voor 1,5€ kunt douchen, ook toeristen. En tuurlijk we wassen ons elke dag bij de wastafel, maar warm stromend water over je heen is toch echt wel lekker eens in de zoveel tijd. Dus gingen wij met ons rugzakje vol douchespullen richting de hammam. Het was gelijk een leuke wandeling van bijna 10.000 stappen en de douche was een heerlijke beloning.
De dagen in Tafraoute gingen snel voorbij en voor we het wisten stonden we er al bijna 3 weken. De dagen werden gevuld met spelletjes middagen met de buren, bezoekjes van alle lokale verkopers en praatjes met andere camperaars. Wat een leven, we leken wel gepensioneerden.
Het Berber nieuwjaar hebben we ook meegemaakt, wat op 13 januari viel. Voor de Berbers ging het nieuw jaar 2974 in. Er was muziek, gepraat en heel veel mensen.
Na bijna 3 weken in Tafraoute was het tijd om weer door te rijden. Dit keer hebben we Tafraoute heel anders beleefd, doordat we er langer stonden. Ook erg leuk om een keer mee te maken. De route van Tafraoute naar onze volgende bestemming was er weer een om van te genieten. In de oase van Tamanarte hebben we een korte lunchpauze gehouden. Na een prachtige roadtrip kwamen we aan in Amtoudi. Bekend om de Agadir Id Aissa, die we de volgende dag zouden gaan bekijken.
De wandeling naar de top van Agadir Id Aissa waar de oude voorraadschuur uit 1200 nog steeds te zien is, was prachtig. Deze voorraadschuur was bedoeld voor water, graan en honing en is zo hoog gebouwd ter bescherming voor overvallen in die tijd. Dankzij onderhoud kun je nog veel terug zien en dat maakt de klim naar boven de moeite waard. Maar ook het uitzicht vanaf boven op Amtoudi is prachtig.
De volgende dag gingen we weer verder richting Bou Jerif. De laatste 9km waren flink off road, maar uiteindelijk kwamen we bij Fort Bou Jerif aan. Die middag zijn we op bezoek gegaan bij vrienden van Jannie en Jelle op de camping net voor onze plek. En de volgende dag zijn we naar het oude fort gelopen. Dit fort stamt uit de Franse koloniale tijd.
Omdat het onze laatste dag in het binnenland zou zijn voordat we naar de kust zouden rijden trakteerden Jannie en Jelle ons op een overheerlijke kaasfondue. Wie had dat kunnen bedenken, dat w zouden kaasfonduen in de woestijn.
De eerste stop aan de kust was in Sidi Ifni bij de wasserette. Na ruim 5 weken is het altijd fijn om weer schone was in je kast te kunnen leggen. Na alles te hebben gewassen en gedroogd konden we de rest van de was drogen bij de bus op de camping. Om vervolgens een frisse duik te nemen in de zee. De camping is niet helemaal ons ding maar je krijgt er wel een heerlijke douche, alle faciliteiten en goede wifi voor terug.
In Sidi Ifni kan het ook enorm hard waaien, en dat merkten we meteen toen we de volgende dag wakker werden. Veel wind in Marokko betekent automatisch ook veel stof. Het was marktdag in Siri Ifni dus ondanks de harde wind zijn we toch naar de markt gelopen. De markt kraampjes vlogen ons bijna letterlijk om de oren. De dagen doorkomen in Sidi Ifni is niet heel erg moeilijk. De dagen vliegen voorbij. Even naar de markt of de supermarkt, wandelen naar het dorpje, een duik nemen in de zee (of een boek lezen op het strand) en tussendoor moest er ook nog gewerkt worden.
De camping is nog steeds niet ons ding en toch ook weer wel. We genieten van de heerlijke douche elke dag, want met deze temperaturen is het toch wel fijn om je even te kunnen afspoelen aan het einde van de dag. Ook is het wel gezellig met al die mensen om je heen. We zijn natuurlijk gewend om grotendeels alleen te reizen en hier staat er elke keer wel iemand aan je deur om even een gezellig praatje te maken.
We vertrokken uit Sidi Ifni na afscheid genomen te hebben van al onze nieuwe vrienden. Op zo’n camping leer je al snel veel mensen kennen want iedereen loopt de hele dag langs of je komt ze in het toiletgebouw tegen of ergens op straat. Toen we vertrokken van de camping wisten we nog niet waar we heen zouden gaan, maar we wisten dat Jelle en Jannie iets verderop stonden bij een Parapente plek.
Dus we gingen daar even langs om hallo te zeggen en naar de parapentes te kijken. Het was meteen weer erg gezellig en de plek was leuk dus uiteraard bleven we. Gelijk maar het Keezenbord erbij gepakt en 3 potjes gekeest. De uitslag was voor de mannen goed voor de vrouwen wat minder maar dat mag de pret niet drukken. We hebben ook nog genoten van alle parapenters die de lucht ingingen.
Aan de kust kwamen we wat zandduinen tegen. In vergelijking met Merzouga en m'hamdi stelt het niks voor maar toch, het is zand. Het was heerlijk om weer even met onze blote voeten een zandduin te beklimmen en te genieten van het mooie uitzicht. Dit keer bestond het uitzicht niet uit vele andere zandduinen maar uit de zee, dat is ook wel een keer leuk. We hebben niet ver hoeven rijden voor deze plek want deze mooie plaats lag tegenover de paragliding plaats waar we de vorige nacht hebben gestaan.
's Avonds kwam er wel iemand die ons weg wilde sturen, maar gelukkig mochten we na wat onderhandelen toch tot de volgende ochtend blijven. Welkom aan de kust. Hier begint het wegsturen en onderhandelen om te mogen blijven staan. Het onderhandelen gaat niet om geld maar om de gun- factor of ze je laten blijven of dat je gewoon echt moet vertrekken. De volgende dag vertrokken we en reden we door het Sous Massa National Park verder.
We hadden bedacht op in Sidi R'bat aan het strand te overnachten, maar dat kan niet meer. Er staan inmiddels overal militaire posten, dus overnachten mag niet meer. Uiteindelijk kwamen we in Tifnit uit. Een dorpje waar voorheen allemaal witte huisjes aan het strand stonden en waar nu niks meer stond. De afgelopen weken is alles met een bulldozer platgegooid.
De reden? Dat is ons nog niet helemaal duidelijk. Onderweg hebben we er meerdere mensen over gehoord. De 1 zegt dat alle huizen illegaal gebouwd zijn en dat ze de kans hebben gekregen om hun papieren in orde te maken. Dat is niet gebeurd dus is alles gesloopt. Een ander zegt dat Marokko de kust schoon aan het vegen is omdat in 2030 de WK hier gespeeld gaat worden en Marokko toeristisch op de kaart gezet wil worden met luxe toerisme.
Omdat we vanaf Sidi R’bat nergens langs de kust konden overnachten, behalve op campings zijn we helemaal doorgereden tot aan Agadir. Een onverwachte verrassing, want in Agadir konden we naar de Carrefour. En waar we de vorige keer in Guelmin al blij waren met de Marjane supermarkt werden we hier helemaal blij van de Carrefour. Na een voorraad aan boodschappen in te hebben geslagen zijn we naar de Croco farm gereden in Agadir waar we konden blijven slapen op de naastgelegen parking. Prima plaats voor zo’n grote stad.
Na een prima nacht in Agadir reden we richting Paradise Valley. En weer werden we verrast door de prachtige veelzijdigheid van het Marokkaanse landschap. Dit keer kleurden de bergen rood en geel met groene bomen en planten. In de middag kwamen we bij Paradise Valley aan. Paradise Valley, klinkt als paradijs. En zo ziet het er ook uit.
Je moet een stuk naar beneden lopen in een canyon en dan kijk je van boven op allemaal restaurantjes die in het water staan. En dan waan je je in 1 keer in Azië. Dit heeft niks met Marokko te maken. Het was net als Ait Ben Haddou een plaats die volledig gecommercialiseerd is. Als je een stuk verder loopt kom je bij ‘het zwembad’ waar je allemaal toeristen halfnaakt in badkleding ziet liggen en de Marokkanen zitten te kijken. Een rare gewaarwording als je de rest van Marokko hebt rond gereisd. Maar het is wel een idyllisch plekje. We hebben er dan zelf ook een tijdje gezeten en genoten van alles wat om ons heen gebeurde. Daarna zijn we Paradise Valley weer uitgelopen en hebben we op de parking geslapen.
De volgende dag hadden we water nodig, dus zijn we naar een lokale kraan gereden. We dachten even snel water te tanken, maar de waterdruk liet dat niet toe. We hebben er bijna 4 uur erover gedaan om een halve watertank te vullen. Soms moet je gewoon heel veel geduld hebben.
Onderweg terug naar de kust zijn we op een parking gestopt om daar te overnachten. Het water tanken had zoveel tijd in beslag genomen, dat we in het donker bij de kust aan zouden komen. Dat vinden wij nooit zo handig, dus stopten we hier.
Als eerste wilden we bij Banana Beach proberen om daar te gaan staan. Het vorige jaar waren we daar weggestuurd door de politie, maar dit keer hadden we meer geluk en hebben we er een paar dagen doorgebracht. Het is een heel gezellig plekje, want de hele dag komen er mensen voorbij, maar ook busjes, paarden en dromedarissen. Het uitzicht op zee is ook leuk want de hele dag zie je de surfers de golven proberen te pakken. Op dag 4 zijn we weer verder gegaan, omdat het de hele dag zou gaan regenen. Een perfecte dag om te gaan rijden. Ons toilet konden we legen in het toiletgebouw en voor 10 Dirham (1€) konden we nog een heerlijke warme douche nemen.
Na Banana Beach zijn we doorgereden naar Desert Point. Onze favo plek van de vorige keer. Exact hetzelfde plekje was vrij dus daar hebben we de bus dan ook meteen neergezet. We stonden hier wat hoger waardoor we een prachtig uitzicht over het strand, de zee en de omgeving hadden. Het is er een komen en gaan van busjes en campers. De dag dat we aankwamen regende het de hele dag, waardoor we er een spelletjes dag binnen van hebben gemaakt. Gelukkig was het de volgende dag alweer een stralend blauwe zonnige dag.
Na een paar gezellige dagen, vol BBQ, wandelen, spelletjes en werken was het weer tijd om door te rijden. We waren vroeg wakker en zagen 1 van de meest mooie zonsopgangen, die we ooit gezien hebben. Onze watertank was helemaal leeg, dus we hadden dringend water nodig en ook de koelkast kon wel weer wat opvulling gebruiken. Dus op naar het dorpje Tamri.
Daar hebben we heel wat straatjes af gereden om een watertap te vinden en uiteindelijk vonden we schoon water bovenin een dorpje naast Tamri. De waterdruk was hoog, dus binnen no time hadden we weer een volle watertank. Toch altijd fijn als die weer vol is. Toen ook de boodschappen binnen waren hadden we flinke honger. En dan helpen al die etensgeuren uit de restaurantjes niet echt mee. De tajines langs de weg riepen ons, dus we besloten niet moeilijk te doen en gewoon heerlijke tajine voor de lunch te eten.
Vanuit Tamri zijn we naar Imsouane gereden. Toen we daar binnen reden schrokken we wel even. Langs het strand en in het midden zijn alle huisjes en cafeetjes gesloopt de afgelopen weken, gewoon plat gebulldozert. Hier kregen we wat meer duidelijkheid over de reden. Alles wat plat gegooid is was er illegaal. De bewoners hebben een waarschuwing gekregen maar velen hebben geen tijd gehad om ergens anders heen te gaan. Heel schrijnend om te zien. Als je tussen het puin kijkt zie je gewoon delen van wat een paar weken geleden nog een thuis was voor veel mensen.
Imsouane is een populair surf stadje, dus er lopen veel toeristen rond. Ook vind je er moderne restaurantjes en zie je de luxere appartementen opkomen. Waarschijnlijk als we hier over een paar jaar terug komen herkennen we er niks meer van terug. Het was warm vandaag en zo dicht aan zee was het ook enorm vochtig. We besloten om snel even een douche te pakken bij de openbare douches (10 Dirham - ca. 90 cent) om vervolgens opgefrist naar boven te rijden waar we hoopten wat meer verkoeling te vinden.
Het was er inderdaad een stukje minder warm dan beneden in het dorp zelf en het uitzicht was spectaculair. Het was zo warm dat we heerlijk buiten konden eten en van de zonsondergang konden genieten. En zelfs ver na de zonsondergang was het nog heerlijk buiten vertoeven. Er was harde wind voorspeld voor de volgende dag en dat merkten we middenin de nacht toen de bus behoorlijk begon te schudden. Die hebben we dan ook maar even van de rand af gezet en met de neus tegen de wind in, zodat we iets rustiger verder konden slapen.
Valentijnsdag was een dag met veel wind en een verzengende hitte. De temperaturen stegen tot boven de 35 graden en de wind nam toe in kracht. Bovenop de berg werden we gezandstraald en beneden in het dorp was geen verkoeling te vinden. Een perfecte dag dus om te gaan rijden met de airco aan. We namen een off road route richting Tafedna. Deze weg kenden we nog van vorig jaar. Toen vonden we hem zo mooi dat we deze weer wilden rijden. Vanwege de regen van een paar dagen geleden stond de rivier bij Tafedna nog vol water en omdat de brug al een tijdje buiten werking was hadden we nog een kleine water crossing ook.
Vorig jaar toen we in Tafedna waren stonden er bijna geen andere campers. Nu kwamen we binnenrijden en stond de parking best vol. Het leek alsof iedereen de hitte aan het uitzitten was. En dat was ook precies wat wij gingen doen. Het was zo warm en de wind was sterk en warm. Buiten eten was geen optie, want de straat honden kwamen bijna op schoot zitten om het eten van je bord te eten. Het is ook de eerste keer dat er verschillende roedels lijken te zijn, want de honden vechten, blaffen en grommen zodra er een andere hond bij komt.
Overal in Marokko heb je veel straathonden, maar normaal zijn ze lief en vriendelijk. Hier waren ze veel agressiever. ‘ ‘s Avonds draaide de wind en kwam deze van zee af, dat bracht eindelijk wat verkoeling, waardoor je iedereen in actie zag komen. Ook wij konden eindelijk even een rondje door het dorpje lopen. Het strand zag er helaas niet zo mooi uit. De regen van de vorige week had een hoop rotzooi uit de rivieren de zee in gebracht en de zee leek alles op het strand van Tafedna uit te hebben gespuugd. Het strand was bezaaid met hout, plastic, kapotte schoenen etc.
Van Tafedna rijden we door naar Sidi Kaouki. Ook dit keer pakten we de off- road weg. Deze schudde en hobbelde alleen wat meer dan de weg naar Tafedna. Als we bijna in Sidi Kaouki zijn, zijn we inmiddels bijna zelf een milkshake. Net wanneer we tegen elkaar zeggen dat we Marokko een prachtig land vinden, maar dat we soms wel de wilde dieren van zuidelijk Afrika missen, doemen de dromedarissen op in de struiken en op de weg. Eentje maakt hele rare sprongen, omdat ie schrikt van de motor geluiden, maar omdat zijn voorpoten vrij kort vastgebonden zijn komt ie maar centimeters vooruit. Dat is wel een heel zielig gezicht.
Sidi Kaouki is een klein maar gezellig surfers dorp met een heel groot strand. Er zijn 2 campings en een grote parking aan het strand. We kozen voor de parking, zetten de bus stil en zijn een stukje gaan lopen. Er lagen wat surfers in het water, dromedarissen liepen rond met toeristen op hun rug, paarden renden voorbij en op sommige strandbedjes lagen wat mensen te zonnen. Het was een en al bedrijvigheid. Langs de weg vonden we wat hippe restaurantjes, die vol zaten met voornamelijk surfers.
De volgende ochtend werden we gewekt door een hels kabaal. We kwamen er met veelpijn aan de oren achter dat we precies tegenover een moskee geparkeerd stonden. Nu komt er vaak een hoop geluid uit de moskeeën, maar wat hier uit kwam was niet om aan te horen. Het geluid was zo bizar, dat ik het op heb genomen en naar het thuisfront heb gestuurd. Zij dachten dat er een kudde koeien loeiend voorbij kwam. Na 1 nachtje besloten we we om door te rijden. Het waaide hard, het was zwaar bewolkt en de plek waar we stonden waren niet erg aantrekkelijk.
Oualidia is de stad van de oesters en de mooie lagune. Hoite zag zijn kans en heeft bij verschillende kraampjes de oesters geproefd. Oualidia heeft een mooi breed strand, die naar de lagune loopt. In de zee liggen grote rotsen waar het zeewater mooi overheen klotst. Helemaal met de harde wind die er was. Op de boulevard werden we al een beetje gezandstraald dus een romantische strandwandeling zat er niet in. We zijn 2 nachten gebleven op de camper parking dichtbij het strand.
Onze laatste kilometers in Marokko waren aangebroken. Onze stop in Mohammedia was alleen een tussenstop tussen de vorige en onze bestemming Tanger Med waar we de boot weer terug naar Spanje zouden pakken. Onze terug keer was later dan dat we thuis bedacht hadden en dat betekent dat we het weer fantastisch hebben gehad in Marokko. In Mohammedia stonden we op een grote parking aan het strand waar we een zeer onrustige nacht hebben gehad door vechtende straathonden. Het harde geblaf ging de hele nacht door.
Onze mooie reis door Marokko zat erop. Het is en blijft een prachtig land. De eerste keer dat we in Marokko waren heeft dit land al een stukje van ons hart veroverd en elke keer als we terug komen wordt dat stukje steeds groter. Marokko heeft zo ontzettend veel te bieden, een prachtig landschap dat zo divers is dat je je niet kunt voorstellen dat het allemaal in 1 land te vinden is. De liefste en vriendelijkste mensen, daar kunnen we in Europa nog wat van leren. Veel mensen hier hebben niets, maar geven alles. En naast alle vriendelijke Marokkanen hebben we ook vele leuke, gezellige en lieve mede reizigers ontmoet. Mensen met wie we stukjes delen die je alleen onderweg kunt delen.
Bij aankomst in Spanje zijn we meteen naar de bekende parking bij de supermarkten in Algeciras gereden. Wat we altijd raar vinden is, dat wanneer we weer bijna thuis zijn, dat de afgelopen reis alweer zo ver terug lijkt. De dag dat je aankwam, overal waar je bent geweest, iedereen die je hebt leren kennen, het zijn allemaal herinneringen geworden. Het was een lange dag geweest. Na een slechte nacht in Mohammedia een slechte nacht, we waren redelijk vroeg op, vervolgens vele kilometers gereden, een langdurige douane procedure in de haven gehad en dan nog de bootreis.
Gelukkig hebben we die nacht een goede nacht in Algeciras gehad. Zodat we aan de terugreis naar huis konden beginnen. In Estepona zijn we op het strand bij de haven gestopt voor de nacht. Omdat je niet vaak een plekje op het strand kunt krijgen zijn we een extra nachtje gebleven. We wilden dit keer via de kust omhoog rijden, maar vanwege de droogte in Spanje zijn alle camper service stations gesloten. Onze potti zat vol en we zaten zonder water, dus we moesten iets. In het binnenland waren de service punten nog wel open, dus we pakten een alternatieve route het binnenland in en konden daar heerlijk bronwater tanken.
Na een mooie rit in de bergen kwamen we weer terug aan de kust. Bij Playa Carolina konden we aan een mooie baai staan. Het viel ons op aan de kust hier in het zuiden, dat het camper toerisme explosief gegroeid is. Sinds Sidi Kaouiki achtervolgde de harde wind ons, dus het strand was niet de fijnste optie. We stopten onderweg even bij het uitzichtpunt op Isla Plana. Daar wilden we eerst overnachten maar alles stond vol met andere campers, dus we zijn nog een stukje verder gereden.
Uiteindelijk kwamen we in El Portus uit. Een voor ons bekende plek, want Hoites ouders gingen hier jarenlang elk jaar in februari naar toe. Vanaf de kust zijn we weer de binnenlanden in gereden. Dit stukje Spanje hadden we nog nooit gezien. De wegen zijn ontzettend goed en de omgeving veranderde van een beetje saai naar heel mooi en weer een beetje saai. De wind waaide ook hier volop. Doordat we zo hoog zijn vingen we veel wind. Hoite moet het stuur stevig vast houden.
We stopten uiteindelijk bij een oude fabriek in het dorpje Anna. Waar we naar beneden konden waar het begin van een waterval was. De parking was prima, dus we besloten om daar ook maar meteen te overnachten.
De 1 na laatste nacht stopten we op een plek waar we al 2 keer eerder gestaan hadden.
De laatste dag rijden stak de wind weer flink op tot een windkracht 9. 's Avonds laat zijn we nog van plek verhuisd, omdat de bus zo aan het schudden was. We stonden op een mooi plekje aan het water en we verhuisden naar een grote parking waar vele andere campers stonden. We hadden hier iets meer beschutting. Zo konden we de laatste nacht toch nog goed slapen.